Bukhara
RONDREIS OEZBEKISTAN
De stad Bukhara ligt aan de Zijderoute en is meer dan 2000 jaar oud. Bukhara geldt als het meest complete voorbeeld van een middeleeuwse plaats in Centraal-Azië, met een stedelijk karakter dat nog grotendeels intact is. Monumenten die zijn overgebleven zijn onder andere de beroemde graftombe van Ismail Samani, indrukwekkend door z’n sobere elegantie en een meesterwerk van islamitische architectuur uit de 10e eeuw. Tijdens de 11e eeuw werd de opvallende Kolon-minaret gebouwd – een meesterwerk qua decoraties van baksteen – samen met het grootste deel van de Kolon-moskee en Mir-i-Arab Medressa en de Bolo-Hauz Moskee. Uit de 17e eeuw resteert nog een groot aantal medressas.
BUKHARA
25 OKTOBER 2012
Om 7:15 uur staan we op. We ontbijten, pakken de laatste spulletjes in en checken uit. De registratiekaartjes van dit hotel gaat weer bij onze ‘verzameling’. Het is erg bewolkt. We hebben de afgelopen dagen veel geluk gehad met het mooie weer maar we denken niet dat we het vandaag droog zullen houden. Om 9:00 uur vertrekken we naar Bukhara, 280 km ten westen gelegen van Samarkand. We rijden grotendeels door een vlak landschap met veel katoenvelden. Elk jaar worden een miljoen Oezbeken, artsen, leraren, scholieren, studenten maar ook kinderen verplicht om twee maanden lang mee te helpen bij de katoenoogst. De arbeid is verplicht en het loon dat men krijgt is belachelijk laag. Wie zich eraan onttrekt, wordt ontslagen of verliest zijn studieplaats of wordt zelfs lijfelijk gestraft. Toch proberen vele Oezbeken begrijpelijk onder deze verplichting uit te komen door te melden dat ze een katoenallergie hebben. De opbrengst van de katoenoogst, jaarlijks 1 miljard dollar, komt ten goede aan een kleine elite.
Rond 12:30 uur komen we aan in Bukhara bij het Oman Khayyam Hotel gelegen in de oude stad die geheel autovrij is. We hebben een kleine knusse kamer waar alle voorzieningen aanwezig zijn. Ook hier is geen restaurant in het hotel maar er zijn zoveel restaurantjes in de buurt dat dat geen probleem is. Alle kamers met een klein balkon kijken uit op een sfeervolle binnenplaats.
We pakken onze koffers uit en lopen voor een snelle lunch naar het nabijgelegen restaurant Dolon. Een erg leuk restaurant, goede keuken en snelle bediening. Precies wat we nu nodig hebben. Weer terug in het hotel zit onze nieuwe gids Maksuma al op ons te wachten. Maksuma is een vrouw van zo’n 60 jaar, heeft Engels gestudeerd, oma van vier kleinkinderen en is parttime gids om in haar onderhoud en dat van haar familie te kunnen voorzien naast haar werk als lerares. Snel nog even onze jassen pakken want het regent!
Bukhara lag strategisch op de karavaanroutes naar Afghanistan, Iran, Peshawar, India en China. De stad is altijd een rivaal geweest van Samarkand. De bloeiperioden van Bukhara vallen dan ook samen met de periodes van tijdelijk verval in de geschiedenis van Samarkand.
Om de hoek van ons hotel staat de Mir-i-Arab Medressa. Deze Koranschool dateert uit 1536 en is in 1944 op last van Stalin heropend in een poging om steun onder de bevolking te verwerven tijdens de WO II. De vele Medressa’s in Bukhara hebben een prachtige architectuur en verfijnde decoraties. De leerlingen woonden echter in kleine donkere cellen, gewoonlijk zonder ramen, waarin ze hun maaltijden moesten bereiden en waar hout voor verwarming brandden zonder aanwezigheid van een schoorsteen.
Momenteel wonen en studeren er zo’n 100 studenten onder veel betere omstandigheden als vroeger. In heel Oezbekistan zijn nog 10 functionerende Koranscholen waarvan twee voor meisjes. In Bukhara is er een meisjes- en een jongens Medressa. Naast onderwijs in de Koran, leren de studenten ook Engels, Perzisch, Russisch en de oude islamtaal, maar ook aardrijkskunde, geschiedenis, wiskunde, boekhouden etc. Als ze zijn afgestudeerd zijn ze ook imam. Enkele zeer getalenteerde studenten worden uitgezonden naar Maleisië of Indonesië om verder te studeren. Voorheen was dat ook Egypte en Syrië maar men is bang voor de te extremistische invloeden van deze landen.
Tegenover de Mir-i-Arab Medressa staat de Kolon Moskee. De moskee is in de 12e eeuw gebouwd en in 1514 vrijwel geheel herbouwd. In de Sovjettijd werd de moskee als warenhuis gebruikt. Maar sinds 1991 is hij weer als moskee geopend en kan aan 10.000 gelovigen een plaats bieden. Op vrijdagen komen er zo’n 500 mannen naar de moskee. Het is nog de enige functionerende moskee in het oude centrum. Opvallend is dat bij deze moskee naast de blauwe kleuren ook geel, rood, groen en veel wit pleisterwerk is gebruikt. Heel erg revolutionair, maar tijdens de ramadan mochten in deze moskee vrouwen in een afgescheiden deel van de moskee bidden. Des te meer was dit opmerkelijk omdat volgens islamitisch gebruik vrouwen altijd thuis moeten bidden. Dan zou hun gebed 27 keer zoveel kracht hebben. Bij mannen geldt de factor 27 alleen als ze in de moskee bidden. Zoveel onzin heb ik nog nooit gehoord maar onze gids, moslima, blijft volharden in dit feit. Nu is de moskee leeg maar morgen, vrijdag, bij het offerfeest zal het hier een drukte van jewelste zijn. Naast de Kolon Moskee staat de 47m hoge minaret. Tot ver in de 19e eeuw werden veroordeelden criminelen vanaf de top naar beneden gegooid. Bij de minaret is wel een ingenieus staaltje architectuur toegepast.
Hij heeft funderingen van 10 meter diep om hem aardbevingsbestand te maken. De diameter van de minaret aan de basis is maar liefst 9 meter en ca. 6 meter bij de top. Omdat men in de 12e eeuw nauwelijks kleur gebruikten zijn de bakstenen in verschillende patronen gemetseld. Vlakbij de Moskee is de Tapijten- en Juwelenmarkt. Hier kopen de vrouwen van Bukhara hun zilveren en gouden sieraden, vaak ingezet met (half)edelstenen. Bij de Juwelenmarkt zien we een pas getrouwd vrouwtje lopen, wat te zien is aan haar kleding en tubeteika die ze draagt. In Oezbekistan wordt het huwelijk nog steeds geregeld door de ouders. Zij kiezen de echtgenote voor hun zoon.
We wandelen naar het Registanplein van Bukhara. Dit ‘zandveld’ was vroeger de plek waar executies werden uitgevoerd. Vanuit de Ark, het paleis van de Khan, met daarom heen 20m hoge muren, keek de khan toe of de executies goed werden uitgevoerd. Dit Registanplein is totaal niet vergelijkbaar met het mooie Registanplein in Samarkand. Het enige wat de lading van de naam dekt is dat het een grote open vlakte is.
Het regent inmiddels zo hard dat we besluiten om terug te lopen naar ons hotel. Drijfnat komen we aan. We gaan ons eerst even omkleden en dan in de bar wat drinken, het programma voor de volgende dag lezen en ons dagboek bijwerken. Vanavond gaan we dineren, maar dan op ons gemak bij restaurant Dolon. Het restaurant zit al bomvol, dus we moeten even wachten tot er een plekje is. We halen een beetje de ‘schade’ in van de afgelopen dagen en dineren uitgebreid. Rond 22:00 uur lopen we weer terug naar ons hotel. We zijn moe maar voldaan!
BUKHARA
26 OKTOBER 2012
We hebben heerlijk geslapen. Om 7:00 uur opgestaan. Beneden in de kelder, vanwaar je uitzicht hebt op de stijlvolle binnenplaats, staat een uitgebreid ontbijtbuffet klaar. Wat een verschil met het ontbijt in Samarkand. We laten het ons goed smaken, warme croissantjes, glaasje verse jus d’orange, heerlijk beleg, gekookt of gebakken ei, verschillende soorten fruit.
Om 9:00 uur vertrekken we met Maksuma voor het vervolg van onze excursie dag door Bukhara. In tegenstelling tot gisteren hebben we vandaag een strak blauwe lucht en een zonnetje. Zo, dat is een goed begin van de dag.
Heel schuin tegenover het hotel ligt de Ulugbek Medressa, één van de oudste Medressa’s van Bukhara. Hij werd gebouwd door Mirzo Ulugbek, een kleinzoon van Timur in 1417. Voor Mirzo Ulugbek was wetenschap en onderwijs heel belangrijk. Boven de toegangsdeur staat dan ook: ‘Het streven naar kennis is de plicht van elke moslim man en vrouw’. Ook hier zijn op de binnenplaats de studentencellen te zien, maar gelukkig geen souvenirshops.
Tegenover de Ulugbek Medressa staat de Abdul Aziz Khan Medressa. Deze Koranschool is heel rijk gedecoreerd en van een veel latere bouwperiode vanwege het kleurgebruik. Ook opvallend was dat er in de voorgevel een soort balkon was gebouwd. Vandaar kon de imam de mensen oproepen om voor deze Koranschool te kiezen. Het was meer een podium voor een reclamespotje. In principe zijn alle Medressa’s van binnen hetzelfde. Een binnenplaats, studentencellen en souvenirshops. Het zijn vooral de voorgevels die indrukwekkend zijn.
We verlaten de oude stad en lopen via de Ark en het Registanplein naar het tegenover gelegen Samonide Park. In dit park staat de moskee van de emir, de Bolo-Hauz-Moskee. De overkapping met de 20 besneden houten pilaren werd in 1917, 200 jaar naar de bouw van de moskee, toegevoegd. De pilaren zijn erg mooi uitgesneden en kleurrijk. Men is druk bezig met de tapijten aan het uitrollen want vandaag is het Offerfeest en worden er duizenden gelovigen verwacht. We lopen verder door smalle straatjes langs het park.
Onderweg maken we twee stops bij twee mausolea. Een van de mausolea is gewijd aan een belangrijke imam. Het andere mausoleum, waar niemand ligt begraven, is bijzonder omdat dit mausoleum is gebouwd boven de bron van Job. Volgens het oudtestamentisch verhaal zou Job hier met zijn stok op de grond hebben geslagen en kwam er water uit de grond. Er is nu in dit mausoleum een kleine tentoonstelling gemaakt over de waterreservoirs langs de Zijderoute. Het feit dat Bukhara zo welvarend was in vroegere tijd had alles te maken met het feit dat de stad aan een rivier lag. Het Samonide Park wordt begrensd door de 2 km lange overblijfselen van de Stadsmuren. De muren zijn gemaakt van aangestampte aarde en daar ligt ook het grote probleem. Een groot gedeelte van de stadsmuren is ingestort omdat vooral mannen het gebruiken als openbaar toilet. Op hetzelfde moment als de gids het vertelt, komt er een man aan die tegen de muur gaat staan plassen.
Wij lopen weer verder door het park. Onze volgende stop is bij het Ismaël Samani Mausoleum. Dit is een kunstwerk qua islamitische architectuur. Alle zijden van het gebouw zijn exact hetzelfde; dus een prima voorbeeld van symmetrie. Het is het oudste gebouw van Bukhara en dateert uit de 10e eeuw. Het is echt kunstig gemaakt door met één kleur bakstenen allerlei structuren te metselen zodat het er toch decoratief uitziet. Zelfs de koepel is van bakstenen gemaakt. We verlaten het park en lopen weer terug naar het oude centrum. Maksuma, de gids denkt: jullie wilden Medressa’s zien, nou ik zal je ze laten zien. Bukhara telt alleen al zo’n 120 Medressa’s! Richting het centrum, maken we nog verschillende stops bij … jawel Medressa’s. De inwoners van Bukhara zijn druk bezig met de voorbereidingen voor het grote Offerfeest; een belangrijke islamitische feestdag. Moslims vieren dit feest ter nagedachtenis van Abraham (Ibrahim) die Allah gehoorzaamde door zijn zoon Ismaël te offeren. Op het offerfeest slachten alle islamitische families een schaap ter nagedachtenis aan het offer van Ibrahim. Het schaap wordt ritueel geslacht. Tijdens het feest gaan de moslims naar de moskee, in hun mooiste kleding, bidden met elkaar en eten samen. Dit alles om te laten zien dat ze hetzelfde offer zouden brengen als Ibrahim. Het schapenvlees wordt onderling verdeeld en een deel moet volgens de officiële regels onder de armen worden verdeeld. Elk jaar, 70 dagen na de ramadan, wordt dit feest gevierd. We hebben vandaag al veel mannen met schapen zien lopen of schapen per auto vervoerd zien worden.
Via de Taqi-Telpak Furushon en de Taqi Sarrafon, de bazaars van de geldwisselaars en de geldhandel, dus de Joodse buurt want Islamieten mogen geen rente bedingen, zijn we na zo’n 5 uur lopen weer in het oude centrum.
Aan een groot rechthoekig waterbassin staat het Lyabi-Hauz- complex met aan de ene kant van het bassin een chanaka en aan de andere kant van het waterbassin een Medressa. Een chanaka bestaat uit verschillende gebouwen, een moskee, zaal voor het lezen van de Koran, studentencellen en het graf van een patroon. Chanaka’s werden vaak gebouwd langs karavaanroutes maar waren absoluut geen Medressa’s. De studentencellen waren overnachtingsplaatsen; eigenlijk was het een karavanserai. De Medressa die er tegenover staat was eerst ook een karavanserai maar moest op last van de Khan worden omgebouwd tot Koranschool. Op de façade zijn namelijk een soort paradijsvogels en wilde varkens afgebeeld.
Bij het Lyabi-Hauz-complex, aan het water, zijn sfeervolle terrassen met theehuizen en restaurantjes. Het is al bijna half drie en wij zijn onderhand gammel van de honger. Onze gids heeft waarschijnlijk ’s ochtends een groot bord plov op en denkt nog niet eens aan lunchen. Wij wel, we strijken neer op een van de terrasjes en gaan lunchen. Wij hadden al tegen Maksuma verteld dat het eten zo vet was in Oezbekistan en dat we (vooral ik) daar nogal maagproblemen van kreeg. Maksuma zal voor ons wel iets ‘lichts’ uitzoeken van de onleesbare menukaart. Een half uurtje later zitten we aan een bord met gebakken noedels drijvend in het vet.
Om de hoek van het restaurant ligt nog een grote Koranschool, de Kukeldash Medressa, de grootste van Bukhara met 160 studentencellen. Maar dat is niet het meest bijzondere aan deze Koranschool. In de Sovjet-tijd werd deze Medressa gebruikt als warenhuis omdat er een verbod was om een godsdienst te belijden. Als propaganda liet het regime in de Medressa propagandistische muurschilderingen aanbrengen waar mensen opstonden die aan het werk waren. Alleen uit geschiedkundig perspectief is het goed dat ze die muurschilderingen intact hebben gelaten, maar de Oezbeken zijn geen fanatieke moslims. Ze drinken alcohol in het openbaar en vrouwen hoeven niet gesluierd rond te lopen. Via een wirwar van allerlei smalle straatjes, brengt Maksuma ons naar de Chor Minor. Het is het poortgebouw van een verdwenen Medressa. Chor Minor betekent vier minaretten maar het zijn gewoon torens. Waarschijnlijk hebben de torens en omdat er geen islamitische teksten aan de buitenkant waren aangebracht, dit gebouw gered tijdens de Sovjettijd.
Onze excursiedag met Maksuma is ten einde. We lopen terug naar ons hotel, nemen afscheid van Maksuma en gaan wat in de bar drinken en bijkomen van alle indrukken van vandaag en van de vele kilometers lopen (slenteren) in de felle zon.
‘s-Avonds lopen we naar de Joodse wijk, daar zijn zoveel leuke restaurantjes om te dineren en we willen eigenlijk wel eens iets eten waar niet het vet van afdruipt. We vinden een heel leuk restaurant en het eten smaakt prima. In een klein buurtwinkeltje doen we nog wat inkopen en lopen weer terug naar ons hotel. We hebben een mooie dag achter de rug en gaan voldaan rond 23:30 uur slapen. Morgen hebben we een ‘vrije’ dag in Bukhara.
BUKHARA
27 OKTOBER 2012
John is al de hele nacht ziek geweest en op het toilet gezeten, de voorraad toiletpapier is vannacht zelfs nog aangevuld. We denken allebei aan de in het vet drijvende noedels die we gisteren hebben gegeten. Gelukkig hebben we vandaag een vrije dag en geen gidsen die ons op komen halen of een chauffeur die klaar staat om ons naar de volgende stad te brengen. De enige noodoplossing die dan van kracht is: immodium en nog eens immodium en paracetamols. Ik ga rond 9:30 uur alleen ontbijten. De bediening bij de ontbijtzaal maakt meteen een bordje met wat lichte kost voor John klaar en een paar kopjes thee. We gebruiken de ochtend om bij te slapen want we hebben vannacht geen oog dicht gedaan. Pas laat in de middag voelt John zich wat beter en gaan we toch nog een klein ‘rondje’ Bukhara doen en op souvenirjacht.
‘s-Avonds voelt John zich weer heel wat beter en we besluiten om als afsluiting van ons verblijf in Bukhara bij het restaurant Dolon te gaan eten. Het is fris en het miezert een beetje, dus snel even terug naar de kamer om een vest te pakken. We kunnen nergens het vest van John vinden. Waar zouden we dat toch hebben laten liggen? De enige plek die we kunnen bedenken is het restaurant in de Joodse wijk waar we gisteravond hebben gegeten. Dus lopen we naar het restaurant….. gesloten!
Voor het restaurant zitten wat jongens te spelen en een van de jongens vraagt in gebrekkig Engels wat er aan de hand is. We leggen ons probleem uit. Morgen is het restaurant weer open, maar dan zijn wij al weer op weg naar Khiva, onze volgende bestemming. We leggen ons al neer bij het feit dat we dat vest kwijt zijn en lopen terug. Opeens komt het jongetje ons achterna gerend met het vest in zijn handen. Zijn vriend is kok in het restaurant en die heeft hij gebeld; die is naar het restaurant gelopen om het vest wat we inderdaad daar hadden laten liggen, op te halen. Over vriendelijkheid, behulpzaamheid gesproken! We sluiten onze laatste avond – met vest – in Bukhara af in het Dolon Restaurant met een heerlijk etentje. John voelt zich gelukkig weer kiplekker.