Damascus

RONDREIS SYRIË

Damascus werd opgericht in het 3e millennium voor Christus en is daarmee een van de oudste steden in het Midden-Oosten. In de middeleeuwen was Damascus het centrum van een bloeiende industrie, gespecialiseerd in zwaarden en kanten. De stad bevat zo’n 125 monumenten uit verschillende perioden van de geschiedenis. Een van de meest spectaculaire is de 8e-eeuwse Grote Moskee van de Omajjaden, gebouwd op de plaats van een Assyrisch heiligdom. Ondanks de overheersende invloed van de islam, zijn de sporen van vroegere culturen duidelijk zichtbaar – in het bijzonder de Romeinse en Byzantijnse.

AMSTERDAM – AMMAN

14 OKTOBER 1995

Om 13:45 uur vertrekken we naar Schiphol met voor de tijd van het jaar nog een lekker temperatuurtje van zo’n 20 graden. We zijn beiden heel benieuwd hoe het allemaal zal gaan verlopen want een week geleden toen we de reispapieren ontvingen bleek dat we een groep hadden van maar liefst 41 personen. Eerst zou het een groepje zijn van 16 personen maar Isropa was ineens een samenwerkingsverband aangegaan met Holland International. Nu is Syrië nog niet makkelijk individueel te bereizen maar als we dat hadden geweten hadden we zeker niet geboekt bij Isropa. Misschien valt het allemaal wel mee….. Om 17:00 uur melden we ons bij pier E6 en om 17:55 uur hangen we in de lucht, 20 minuten later dan gepland. Om 18:25 uur vliegen we al boven Frankfurt op een hoogte van 10.100 meter met een temperatuur van -52 graden (buiten natuurlijk). Met een snelheid van 852 km/uur vliegen we verder over Wenen, Hongarije, Bulgarije, Cyprus, over Syrië naar Jordanië, waar we om 23:30 uur op de luchthaven van Amman landen. Buiten is het nog 14 graden.

AMMAN – DAMASCUS

15 OKTOBER 1995

Na ruim een uur wachten vertrekken we om 0:45 uur naar Damascus, nog 192 km ofwel 41 minuten. Om 1:30 landen we op de luchthaven van Damascus. De douaneformaliteiten verlopen toch soepel en we hebben weer een stempel in ons paspoort. We rijden naar het Al Faradis Hotel in het centrum van de stad gelegen, waar we om 2:45 uur aankomen. Meteen maar naar bed en nog proberen om een beetje te slapen. Dat lukt niet echt als om 4:00 uur de muezzin ons van alle kanten al oproept tot gebed. ’s Ochtends zien we pas waar we vannacht zijn aangekomen. Het 16 verdiepingen tellende oude hotel ligt aan het Al Marjeh Square. Vanuit onze kamer kijken we uit op een rotonde met appartementenblokken en verschillende moskeeën. Het is allemaal erg basic en we merken al snel dat Syrië helemaal niet is ingesteld op toeristen en al zeker niet op een groep van 41 personen! We staan om 7:00 uur op en na het ontbijt vertrekken we per bus naar het oude centrum. Het is een lekker weertje, zo’n 25 graden. Onze Syrische gids heet Talib en onze Nederlandse reisbegeleidster is Janine, een blondine die hier in Syrië enorm opvalt.

Als eerste bezoeken we de Al-Hamidiyah Souk, de oudste en grootste souk in Syrië, die binnen de oude ommuurde stad van Damascus ligt naast de Citadel . Voor de souk staat een groot standbeeld van Saladin. Saladin was een generaal die de Ajjoebidische dynastie van Egypte en Syrië stichtte. De souk begint bij de Al-Thawra straat en eindigt bij het plein voor de Omajjaden moskee. Als je de druk bezochte souk binnen loopt komt de geur van allerlei specerijen je al tegemoet. Maar naast veel specerijenwinkeltjes, zie je ook veel koperwerk, houten mozaïek inlegwerk, sieraden, kleding, mannen die aan de waterpijp lurken en veel meer. Via de uitgang van de souk loop je zo naar de Omajjaden moskee waar moslima’s gehuld in het zwart tegen de muur zitten.
Wij moeten een stukje omlopen want deze toegang is voor de gewone burger. Wij moeten natuurlijk een toegangskaartje kopen om hier binnen te mogen. Via smalle straatjes waar de kruidendokter zijn kruiden verkoopt maken we eerst een stop bij het mausoleum van Saladin dat dateert uit 1193.

Hierna lopen we naar de ingang van de Omajjaden moskee. De mannen mogen alleen naar binnen als ze een lange broek dragen en anders ondergaan ze hetzelfde ‘lot’ als de vrouwen. De vrouwen moeten allemaal een ruim zwarte jurk over hun kleding aan. Volgens de regels behoort de kleding wijd om het lichaam te zitten en niet strak op het lichaam te plakken, niet doorzichtig te zijn zodat de huid eronder te zien is en het behoort het lichaam te bedekken. Nou met mijn zwarte lange jurk, voldoe ik aan alle voorwaarden. De Grote moskee van Damascus, ook wel de Omajjadenmoskee genoemd, is de belangrijkste moskee van Damascus. Damascus was in de 7e eeuw één van de belangrijkste steden van het Midden-Oosten. In de stad woonden voornamelijk christenen. Arabieren veroverden de stad in 635 en introduceerden de islam. Na de Arabische verovering van Damascus in 635 werd de moskee tussen 706 en 715 gebouwd op de plaats van een christelijke basiliek toegewijd aan Johannes de Doper. Bijzonder is dat het hoofd van Johannes de Doper er als relikwie bewaard wordt.
Johannes de Doper wordt zowel door de christenen als door de moslims als profeet beschouwd. Op het ommuurde plein van de moskee staat de zgn. schatkamer. Mensen die vroeger de moskee bezochten konden hier hun waardevolle spullen in bewaring geven. Voor de ingang zijn er een tweetal wasplaatsen voor de rituele reiniging voor dat men in de moskee gaat bidden. De mozaïeken van de moskee zijn schitterend, zeker als de zon erop schijnt lijkt het wel van goud. Als we naar binnen gaan, staan we in een hele grote ruimte met allemaal kleden op de grond. Wat opvalt is dat de moskee zo is gebouwd dat de gelovigen meer naast dan achter elkaar zitten omdat de mihrab, de gebedsnis aan de brede kant van de moskee is geplaatst. In de moskee staat ook de schrijn van Johannes de Doper waar volgens de overlevering het hoofd van Johannes de Doper in zou worden bewaard. Of het waar is dat weten we niet want er zijn meerdere schedels waarvan geclaimd wordt dat ze van Johannes zijn zoals in het Topkapipaleis in Istanbul, in Rome en in de Johanneskerk in Jeruzalem. Dus wie het weet mag het zeggen…..We verlaten de moskee en leveren de zwarte jurk weer in bij de portier met zijn pittig broekje.

Via een ander gedeelte van de soek lopen we naar het Azem-paleis. In de straatjes waar we doorlopen is de ‘vrijwillige’ verering van Hafiz al-Assad, de huidige president van Syrië, overal zichtbaar d.m.v. pamfletten, vaantjes en grote borden met zijn foto, Ook zien we verschillende openbare waterplaatsen, waar de bewoners een kannetje water kunnen vullen, onder het toeziend oog van hun president. Het Azem-paleis is nu een museum voor volkskunst en folklore. Het is vanmiddag een museummiddag want hierna bezoeken we nog het Qasr al-Heer al-Gharbi, nu het nationaal museum en alsof het niet genoeg is ook nog het legermuseum. Naast het legermuseum ligt de handwerkbazaar. We kunnen hier zien hoe damast wordt gemaakt. Damast is afgeleid van de stad Damascus, en is een weeftechniek, waarbij tekeningen aangebracht worden op een achtergrond van dezelfde kleur. De tekening is daardoor juist vanuit een bepaalde hoek goed te zien. Deze weeftechniek is via Damascus naar het Westen gekomen. Het eerste weefseltje, in een structuur die men nu damast noemt, werd gevonden in de buurt van Palmyra in Syrië en dateert rondom de 2e eeuw. We sluiten de dag af met een bezoek aan de bergen van Quassiun vanwaar we een uitzicht hebben op Damascus. Het is dan 17:15 uur en al pikkedonker. We rijden terug naar het hotel waar we dineren in een grote zaal, met een kantinesfeertje en dan naar bed want morgen moeten we al heel vroeg op. Onze eerste dag in Syrië zit erop. Voor ons was het niet makkelijk in zo’n grote groep maar voor de Syriërs is het leven nog veel harder. Het gemiddelde jaarinkomen is zo’n $ 1200 per persoon. Wat ons al wel opgevallen is in de stad is dat je veel kinderen ziet. Het blijkt dat 52% van de bevolking jonger is dan 14 jaar en 16% ouder dan 60 jaar.