Ngorongoro Krater

SAFARI TANZANIA

De Ngorongoro-krater meer deel uit het Ngorongoro Conversation Area in het noorden van Tanzania. Het gebeid grenst aan het wereldberoemde Serengeti National Park. Het gehele beschermde gebied heeft een oppervlakte van maar liefst 8.292 km2. Het gebied varieert in hoogte van 1.230 tot 3.648 meter. Het is met recht een van de meest spectaculair beschermde natuurgebieden ter wereld. De Ngorongoro-krater is ’s werelds grootste intacte vulkanische caldera. Een spectaculaire komt van zo’n 260 vierkante kilometer, met randen tot 600 m diep. Het is de thuisbasis van ongeveer 30.000 dieren. 

NGORONGORO KRATER

31 OKTOBER 2000

Rond 16:30 uur komen we aan in de super-de-luxe Ngorongoro-Crater-Lodge met uitzicht op het kratermeer. Ook hier hebben we een eigen butler, Simon genaamd. De lodge is opgebouwd uit een aantal hutten op palen, waar je ogen gaan duizelen als je ziet hoe luxe en romantisch dat het van binnen is. Het bad is gevuld met water en daar drijven rozenblaadjes op. Vanuit het toiletraampje kijk je zo uit op de krater en alles wat de butlers komen brengen, tja zo heten hier de obers nu eenmaal, wordt vergezeld van een rode roos. De kamer/hut heeft een open haard die ’s avonds door Simon wordt aangemaakt. Als we onze hut helemaal hebben verkend en een beetje zijn bijgekomen van alle luxe waar we de komende dagen mee worden omringd, bestellen we bij Simon een drankje (met rode roos).
Na een heerlijke douche worden we door twee Masai opgehaald om naar het centraal gelegen restaurant te worden gebracht. Ook hier worden we tussen zonsopgang en -ondergang begeleid door Masai i.v.m. de wilde dieren die hier rondlopen. We hebben beiden zoiets van zo’n vaart zal het toch niet lopen, onze lodge ligt misschien vijf meter van het restaurant af. Maar als we na een heerlijk diner om 21:30 uur door de Masai worden teruggebracht naar onze lodge staan er recht voor de ingang twee zebra’s. Tijdens ons diner heeft Simon de open haard aangemaakt. We genieten nog even met een glaasje wijn bij het knapperende haardvuur en gaan heel voldaan naar bed. Wat een dag, jagende cheeta’s, een luipaard en dan nog zo’n mooie lodge met uitzicht op de krater. Heerlijk, wat is het leven toch mooi!

NGORONGORO KRATER

1 NOVEMBER 2000

Als we om 7:00 uur opstaan heeft Simon al een vers kopje koffie en thee gebracht. Vanuit onze lodge kijken we uit op het kratermeer waar de laag hangende wolken voor een heel mooi sfeertje zorgen. Het lijkt wel of de thee en koffie lekkerder smaken dan anders. Na het ontbijt rijden we om 8:30 uur naar de krater.
De krater is 260 km2. Het oorspronkelijke kratergat waar de lava uitstroomde was 90 km2. In verband met de steile kraterwanden zullen we hier ook geen giraffes meer zien. Hoe raar het ook mag klinken maar op een gegeven moment kijk je niet echt meer op als je een giraffe, zebra of gnoe ziet. Alleen als je ze niet meer ziet valt het je op. Dus de laatste giraffes hebben we in de Serengeti gezien!
Bij de ingang van de krater staan Masai om met de toeristen op de foto te gaan, een bijbaantje om wat extra geld te verdienen. Ook staan er bij de ingang de giftige euphorbiaplanten waar de Bushmen hun pijlen voor de jacht mee insmeren als ook de in bloei staande aloë-plant die door de Masai als geneesmiddel wordt gebruikt.

In de krater mag je alleen over de aangelegde ‘wegen’ rijden. We zien al meteen weer vele dieren zoals buffels, hartebeesten (een soort antilope die we nog nergens hebben gezien) en de Grant-gazelle, een grotere uitvoering van de Thomsongazelle.
Bij het kratermeer aangekomen, is er een overvloed aan flamingo’s en watervogels. Maar ook gnoes en zebra’s die hier komen drinken. Op een gegeven moment krijgt Anthonie een seintje van andere gidsen dat er op een plaats een visarend is gelokaliseerd die zojuist een flamingo uit het water heeft ‘geplukt’ met zijn krachtige klauwen. We rijden meteen naar de plek toe en zien hoe de visarend de flamingo aan het plukken is. Hij is alleen maar geïnteresseerd in het vlees van de flamingo, de ingewanden laat hij achter voor de gieren. Geweldig om te zien en zo dichtbij staan we beiden versteld van de grootte van zo’n visarend.
Dan rijden we naar het buffel-kerkhof. Hier hangt een ongelooflijke lijklucht. De gieren, maraboes en ibissen hebben hier eten in overvloed. Er sterven op deze plek veel buffels omdat ze drinken van het water waar de dode buffels in weg liggen te rotten. Je ziet de koppen van de gieren helemaal verdwijnen in de dode kadavers en de maraboes en ibissen pikken met hun lange snavels ook in de kadavers. In de krater tref je vooral oude olifanten aan. Als de olifanten bijna geen tanden meer hebben, een olifant wisselt zesmaal zijn gebit, kunnen ze hier nog het malse sappige gras eten.

Vanmorgen hebben we een grote picknickmand meegekregen voor de lunch. Om 13:30 uur leggen we de plaid uit aan het water om te gaan lunchen. Het is snikheet maar het waait enorm hard. Dus besluiten we toch maar in de jeep te gaan lunchen. Lekkere sandwiches, kippenpootjes, heerlijke sapjes en fruit zorgen voor een heerlijke lunch.
Na de lunch verkennen we verder de immense krater. We komen heel wat struisvogels tegen, waaronder ook een vader en moeder struisvogel en hun kroost, die misschien wel uit twintig jonge kuikens bestaat. Struisvogels kunnen als ze volwassen zijn en 5 jaar oud, per seizoen wel tussen de 60 en 80 eieren leggen. Bijna iedereen die de Ngorongoro krater bezoekt wil graag een neushoorn ‘scoren’. Er zijn nog acht neushoorns in de krater die door observatieposten in de gaten worden gehouden. In de verte hebben we een neushoorn gezien. Het zou volgens Anthonie, Johnny Walker zijn. De neushoorn heeft deze bijnaam gekregen omdat hij door de hele krater loopt. We proberen zo dicht als mogelijk bij Johnny te komen en dat lukt aardig zonder van de aangelegde wegen af te wijken. Via een heel steile weg verlaten we de krater. Onderweg zien we nog een paar jakhalzen en apen met hun jongen.

Om 17:30 uur zijn we weer in onze lodge. Simon heeft al voor een lekker drankje gezorgd, natuurlijk met een rode roos. De open haard is al aangestoken, het koelt bijzonder snel af in de avond. Na een heerlijk bad/douche genieten we van ons drankje bij het openhaardvuur. Om 19:30 uur gaan we naar het restaurant. Als we de lodge verlaten staan er onder aan de trap van onze lodge een paar buffels. Maar de Masai brengen ons veilig naar het restaurant. Na een heerlijk diner gaan we op tijd terug naar onze lodge. We zijn beiden doodmoe. Nog even een wijntje bij de open haard en onder zeil.
We hadden met Anthonie afgesproken dat als hij vandaag een goede game-drive zou verzorgen we de volgende dag geen game-drive zouden gaan maken; wat voor hem natuurlijk een vrije dag inhoudt. We willen ook genieten van de prachtige omgeving bij de lodge en we hebben het onderhand ook wel een beetje gehad met de smoesjes, leugens en praatjes van Anthonie.

NGORONGORO KRATER

2 NOVEMBER 2000

We hebben beiden heerlijk geslapen, bijna de klok rond. Om 8:30 uur komt Simon alvast een kopje thee en koffie brengen, natuurlijk vergezeld van een rode roos. We doen vandaag lekker decadent en laten Simon het ontbijt in onze lodge verzorgen. Na een uurtje zitten we prinsheerlijk aan ons ontbijt met uitzicht op de krater. We realiseren ons terdege dat we door onze keuze om vandaag geen game-drive meer te maken nauwelijks nog wilde dieren zullen zien. Maar de lodge is hier zo mooi dat we toch ook daarvan bij daglicht willen genieten en niet alleen als het ’s avonds donker is. Al wandelend verkennen we de lodge en de omgeving langs de krater.

’s Middags lunchen we in het restaurant en genieten met volle teugen van alle luxe. Laat in de middag wordt het helaas tijd om de koffers te reorganiseren en te gaan pakken. Morgen vertrekken we naar Zanzibar voor het laatste stukje van onze ‘African Dream’.
’s Avonds gaan we voor de laatste keer dineren in het restaurant en als we terugkomen in onze lodge heeft Simon de open haard alweer aangestoken en toasten we met een glaasje wijn op de heerlijke dagen in Tanzania. Ter afscheid hebben Simon, onze butler en Francis, de manager van de lodge, nog een attentie op het bed gelegd met een rode roos.

NGORONGORO KRATER – ARUSHA

3 NOVEMBER 2000

Om 6:45 uur worden we door Simon gewekt en na het ontbijt vertrekken we om 8:00 uur per jeep naar Arusha, zo’n 180 km te rijden. Francis, de manager, woont in Arusha en vraagt of hij met ons mee mag rijden. Met de bus doet hij over de afstand zo’n 8 uur en met de jeep zullen we het in drie en een half uur klaren. Als we aan Anthonie vragen of hij gisteren een fijne dag heeft gehad, verteld hij dat hij zo moe was dat hij bijna de hele dag heeft geslapen. Als we op de kilometerteller kijken zien we dat hij gisteren ruim 500 km heeft gereden en dat de tank ver leeg is. We hebben ons beiden voorgenomen dat hij van ons geen fooi gaat krijgen met al zijn leugens.
Om 11:30 uur worden we afgezet bij het restaurant Redds voor onze lunch. We nemen afscheid van Francis die nu bijna thuis is. Na onze lunch brengt Anthonie ons naar de luchthaven waar we om 15:25 uur zullen vertrekken naar het eiland Zanzibar.
Op de luchthaven worden we verwelkomt door de agente van CCA, de reisorganisatie. Ze vraagt heel belangstellend hoe onze reis in Tanzania is verlopen. Als we vertellen wat we mee hebben gemaakt met Anthonie en dat we naar de Bushmen zijn geweest, schrikt ze zich wezenloos. Het is ten strengste verboden om op eigen houtje naar de Bushmen te gaan, het zogenaamde medische centrum waar we een donatie aan hadden gedaan, bestaat helemaal niet. Ze heeft helemaal niets vernomen dat er problemen zijn geweest met de stuurinrichting en dat er naar een garage is geweest.
Ze vraagt ons al onze belevenissen te noteren en aan onze gids in Zanzibar (eveneens werkzaam voor CCA) af te geven, zodat de reisorganisatie actie richting Anthonie kan nemen. Zoals het zo vaak is tijdens een reis, een gids kan je reis maken of breken maar Anthonie zal in ieder geval geen volgende toeristen meer kunnen voorliegen en bedonderen.
Wij checken in en stijgen om 15:25 uur op naar Zanzibar.