Palermo
RONDREIS SICILIË
De hoofdstad van Sicilië kent veel gezichten. Het gastvrije hart van de stad wordt aangevuld met een brutale blik en een rauw randje. Voeg dit samen met de vele indrukwekkende pleinen en kerken en je hebt Palermo. De Siciliaanse stad is eeuwenlang een kruispunt van culturen geweest. De Arabische oudheid ontmoet hier het moderne westen en dat merk je in het straatbeeld. Veel mensen krijgen bij Palermo snel de associatie met de maffia. Niet onredelijk, want de maffia heeft lange tijd een grote invloed gehad op de stad. Toch bepaalt deze organisatie tegenwoordig niet meer de sfeer. Langdurig beleid en ontwikkeling heeft de stad omgetoverd tot een culturele hotspot.
PALERMO
14 MEI 2023
We weten inmiddels de weg beter te vinden in ons hotel in Palermo. Na het omtbijt worden we om 9:30 uur in de lobby opgewacht door Giusi, onze gids van vandaag. Een vriendelijke dame met veel kennis en een geheugen als een olifant. Daarnaast kan ze ook nog zeer enthousiast vertellen over de geschiedenis en kunst van Palermo.
Ons hotel ligt in het hart van het historische centrum van Palermo. Dus op nog geen twintig meter van ons hotel starten we met de ‘navel’ van Palermo die wordt gevormd door I Quattro Canti, het plein met de vier ‘hoeken’. De Quattro Canti werd aangelegd tussen 1608 en 1620, maar in eerste instantie kreeg het plein de naam Piazza Vigliena, als eerbetoon aan de Spaanse onderkoning Vigliena die de opdracht had gegeven het plein te bouwen. Hij was het ook die besliste dat er op de vier hoeken van het plein vier verschillende palazzi gebouwd moesten worden. De uitvoering was in handen van de Romeinse architect Giulio Lasso.
Elk palazzo werd versierd met een van de vier jaargetijden op de begane grond, met daarboven een van de vier Spaanse koningen van Sicilië (Karel V, Filips II, Filips III en Filips IV) en daar nog eens boven een van de vier beschermheiligen van de vier stadswijken die aan de Quattro Canti grenzen. Dankzij deze vier palazzi en de vier keer drie schitterende beelden op de hoeken daarvan, kreeg het plein in de volksmond al snel de naam Quattro Canti – een naam die de oude naam al snel verdrong en tot op de dag van gebruikt wordt om de ‘navel’ van de stad aan te duiden.
Om de hoek van de Quattro Canti ligt de fontein van de schaamte ofwel Fontana Pretoria. De fontein was eigenlijk bedoeld voor de tuin van de Florentijnse villa van de Spaanse onderkoning van Napels. Het ontwerp was van de hand van de Florentijnse beeldhouwer Francesco Camilliani, die er in 1554 aan begon en er lange tijd aan werkte. Helaas voor hem overleed zijn opdrachtgever voor hij de opdracht had voltooid. Zo’n twintig jaar later deed de zoon van de onderkoning de fontein voor een mooi bedrag van de hand aan het stadsbestuur van Palermo.
De maar liefst 644 verschillende onderdelen van de twaalf meter hoge fontein werden naar de Siciliaanse hoofdstad verscheept, waar ze op 26 mei 1574 aankwamen, om daar als een uitdagende puzzel in elkaar gezet te worden. De Palermitanen waren echter in eerste instantie verre van verguld met de fontein. Vooral de beelden die de fontein sieren moesten het ontgelden. Volgens de inwoners van de stad waren de beelden veel te naakt.
De nonnen van de nabijgelegen kloosters zouden zo ontzet zijn geweest, dat ze veel neuzen van de mannelijke beelden afbraken. Hun geloof verbood hen andere uitstekende lichaamsdelen aan te raken, anders waren de mannelijke beelden nu niet zo makkelijk te herkennen geweest…Vanwege deze weerstand tegen de fontein werd het plein al gauw Piazza della Vergogna, ‘plein van de schaamte’, genoemd. De beelden zijn echter veel te mooi om zich te verstoppen en ze stralen dan ook gelukkig nog elke dag in volle glorie – zij het hier en daar zonder neus (een aantal neuzen is gerestaureerd). Behalve de fontein is aan dit plein ook het huidige stadhuis gevestigd en kijk je tegen de achterkant van wel misschien de mooiste kerk/klooster van Palermo aan, nl. Santa Caterina d’Alessandria d’Egitto ofwel de Santa Caterina gelegen aan de Piazza Bellini.
Santa Caterina d’Alessandria d’Egitto ofwel de Santa Caterina gelegen aan de Piazza Bellini, is een van de belangrijkste en indrukwekkendste kerken van Palermo, vol Siciliaanse barok waarvan je mond letterlijk openvalt. In het naast gelegen klooster, gewijd aan de heilige Catharina van Alexandrië, is nu een patisserie gehuisvest maar het geeft nog een goed beeld hoe de nonnen hier werkten met het vervaardigen van allerlei soorten koekjes en gebak. Zoals gebruikelijk in die tijd, ging de hele nalatenschap van de aristocratie naar de eerstgeborene. De overige kinderen gingen of het leger in of werden non. Zo kwam het voor dat er nonnen waren die prinses en van zeer rijke families afkomstig waren. Ze kwamen niet meer in contact met de samenleving en hun leven speelde zich af tussen de muren van het klooster en binnentuin. Het ontbrak hun aan niets maar ze waren wel, het kostbaarste, hun vrijheid kwijt. In 1532 werd besloten het dominicanenklooster uit te breiden. Onder leiding van moeder werd de kerk tussen 1566 en 1596 herbouwd. Waarschijnlijk waren architecten uit Florence en uit Lombardije bij het project betrokken. Op 24 november 1596 werd de kerk ingewijd. Tijdens de negentiende eeuw werd de kerk tijdens verschillende oorlogen en opstanden beschadigd. Het interieur is versierd met marmeren inlegwerk, beelden, stucwerk en fresco’s. In de kerk rechts is een altaar gewijd aan St. Catherina. De verschillende zijaltaren zijn prachtig. Op de pilaren staan beeltenissen die van kostbaar gesteente zijn gemaakt. Aan geld ontbrak het de aristocratie en adel niet. Je komt echt ogen tekort. Onze gids wijst ons op een soort draai-luik waar wezen of baby’s van ongehuwde moeders bij het klooster anoniem konden worden achtergelaten.
Aan het Piazza Bellini liggen nog twee andere kerken di San Cataldo en de della Martorana. De Chiesa di San Cataldo is een typerend voorbeeld van de Arabisch-Normandische architectuur die tot bloei kwam op Sicilië ten tijde van de Normandische overheersing vanwege de koepels maar het is nooit een moskee geweest. De aparte rood/oranje kleur refereert aan de sinaasappels. Veel straatnamen hebben hier nog een joodse en Arabische naam. Wij lopen naar een volgende kerk voor meer Siciliaanse barok.
Hierna bezoeken we de Chiesa del Gesù di Casa Professa. De kerk van de Gesù, ook bekend als de Heilige Maria van Jezus of de Casa Professa, is een rooms-katholieke kerk in Siciliaanse barokstijl. De Jezuïeten kwamen in 1549 aan in Palermo. Ze vestigden zich met name in de wijk Albergheria, waar tot 1492 vooral de joodse gemeenschap gevestigd was. Een van de eerste dingen die de Jezuïeten planden, was de bouw van een eigen kerk, die uiteindelijk in 1636 werd ingewijd. Het is een oogverblindend spektakel, van de vloer tot de fresco’s op het plafond, van de zijkapellen tot de apsis. Geen enkel stukje versiering is simpel, alles is overdadig – zelfs de lijsten van de schilderijen. Bovendien heb je waarschijnlijk nog nooit zoveel marmeren engeltjes in één kerk gezien.
Palermo is een stad van contrasten. Het spel van licht en donker, het verschil tussen brede straten en duistere achterafsteegjes, van de stilte in de kerken tot het luide geroep op de verschillende markten. We vervolgen onze weg naar de plaatselijke markt. Palermo kent drie grote markten die 365 dagen per jaar zijn geopend. Allerlei groente, etenswaren, vis, vlees zijn hier te koop als ook diverse restaurantjes. Het is een goede manier om te zien hoe de Sicilianen hier in Palermo hun dagelijkse boodschappen doen. Wij bezoeken Mercato del Capo.
Het regent inmiddels als we naar de kathedraal van Palermo lopen. De Cattedrale della Santa Vergine Maria Assunta, Kathedraal van de Maria-Tenhemelopneming is de belangrijkste kerk van de Siciliaanse hoofdstad Palermo. De kathedraal wordt gekenmerkt door de vele bouwstijlen ten gevolge van een lange geschiedenis van uitbreidingen, wijzigingen en restauraties, waarvan de laatste in de negentiende eeuw plaatsvonden. De kathedraal staat aan een plein aan de Corso Vittorio Emanuele. Aan de achterkant van de kathedraal zijn nog duidelijk de Arabische invloeden te zien. De eerste communie wordt hier vandaag gedaan door kinderen. Hele families zijn in de kerk, op hun paasbest gekleed. Je eerste communie doen in Sicilië kun je vergelijken met een bruiloft in het klein. Alles wordt uit de kast gehaald.
In een kapel in de linkerzijbeuk vind je de graftombe van de Palermitaanse priester Giuseppe Puglisi die in 1993 door de maffia werd vermoord en inmiddels zalig is verklaard trekt aardig wat bezoekers. Elk jaar op zijn sterfdag wordt hij herdacht. Rechts van het priesterkoor is de kapel van de heilige Rosalia. In een zilveren urn uit 1632 worden de relikwieën van de patroonheilige van Palermo bewaard. Andere zilveren urnen bewaren de relikwieën van de heilige Cristina en de heilige Ninfa.
Over astronomie gesproken. In de kathedraal liggen langs een lijn in de vloer alle sterrenbeelden van de dierenriem. In een schuin tegenover gelegen kapel zit een gaatje in de koepel. Gedurende het jaar, als de zon schijnt, vallen de zonnestralen precies op het betreffende sterrenbeeld van de dierenriem van die bewuste periode.
Na de lunch lopen we door de Corso Vittorio Emanuele naar de Porta Nuova. Porta Nuova, nieuwe poort, is een stadspoort in de Siciliaanse hoofdstad Palermo. De poort is gebouwd aan de noordzijde van het Palazzo dei Normanni en door de poort loopt de Corso Vittorio Emanuele, een van de hoofdstraten van het historische centrum. De Porta Nuova werd in 1583 gebouwd in opdracht van de Spaanse onderkoning ter ere van het bezoek van keizer Karel V aan Palermo in 1535. De toren stortte in 1667 volledig in ten gevolge van een buskruitontploffing. In 1669 werd de toren herbouwd. Bij de herbouw werden de loggia en het piramidevormige dak aan de poort toegevoegd. De voorzijde van de poort wordt gesierd door afbeeldingen van Turken. Buiten de Porta Nuova staat onze chauffeur klaar om ons naar de plaats Monreale te brengen, zo’n 10 km verwijderd van Palermo. In Monreale gaan we een bezoek brengen aan de Dom. De kathedraal werd gebouwd in opdracht van koning Willem II. Deze koning had in 1174 in een visioen dankzij Maria de plek gevonden waar zijn vader, Willem I, ooit een schat op het eiland had verborgen.
Deze plek was de Monte Reale, de koninklijke berg, in de heuvels boven Palermo. Willem II gaf de opdracht precies op deze plek met de bouw van de kathedraal te beginnen. Zijn plan? Niet zomaar een kathedraal, maar het mooiste bouwwerk van het hele eiland, met unieke mozaïeken en een prachtig klooster. Het resultaat mag er zijn: de kathedraal van Monreale is het hoogtepunt van de Arabisch-Normandische bouwkunst op Sicilië. Het hele schip, de zijbeuken, het koor, het transept en de apsis zijn bedekt met de schitterendste mozaïeken, met episoden uit het Oude en Nieuwe Testament en in de apsis Christus. Om een indruk te krijgen van de grootte: Het hoofd van Christus is 3 meter hoog, zijn handen 2,60 meter en de breedte maar liefst 13 meter. Voor alle mozaïeken in de kathedraal was alleen al 2200 kilo goud nodig en de mozaïeken van de hele kathedraal bestrijken maar liefst 6000 m2. Het is immens en zeker als je bedenkt dat deze kathedraal in slechts tien jaar tijd werd gebouwd.
Rond de klok van vijf uur rijden we weer terug naar Palermo. Donkere wolken hangen boven de stad. Toch laten we ons afzetten bij het operagebouw op de Piazza Verdi, wel een toepasselijke naam. We nemen afscheid van onze gids en chauffeur. Het is helaas te laat om het operagebouw van binnen te bezoeken maar alleen van buiten is het al indrukwekkend genoeg om te zien. Met een oppervlakte van ruim 7.700 m2 is het het grootste operagebouw van Italië en het op twee na grootste van Europa. Enkel de opera’s van Parijs en Wenen zijn nog groter.
Een dag is gewoon veel te weinig voor Palermo. Er is hier zoveel moois te zien. Een extra reden om nog eens terug te gaan. Onder een paraplu bekijken we de buitenkant van het operagebouw en slenteren terug naar ons hotel.
De lucht wordt alleen maar donkerder en het begint steeds harder te regenen. Dat belooft niet veel goeds voor morgen als we de weersverwachtingen bekijken.